Zwaar ontgoocheld lazen we dat dankzij minister Joke Schauvliege de jagers hun slag thuis hebben gehaald, en er een uitbreiding komt op de vossenjacht.
Na het negeren van wetenschappelijke argumenten, het monddood maken van wetenschappers, het luisteren naar een groepje schietgrage cowboys en het naar de pijpen dansen van de jagerslobby heeft minister van Leefmilieu Joke Schauvliege haar zin gekregen: de uitbreiding van de jacht op vossen is bijna een feit.
Als de afwijking op het jachtdecreet erdoor komt, zijn vossen in principe vogelvrij verklaard en kunnen ze heel het jaar door bejaagd worden. Een regelrechte schande, zeker omdat al talloze malen wetenschappelijk bewezen is dat het bejagen van vossen ter voorkoming van schade aan pluimvee totaal geen zin heeft. Een zoveelste bewijs dat deze uitbreiding er enkel komt om de jachtlobby een plezier te doen...
Dirk Draulans schreef deze week voor Knack een opiniestuk waar we ons volledig bij aansluiten, vandaar dat we het hier integraal publiceren:
De vos is vogelvrij geworden
De beslissing om de vossenjacht uit te breiden is een grote stap terug in de tijd.
Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V) heeft definitief bewezen dat het zinloos is te hopen dat ze ooit een politica van gewicht zal worden. Ze heeft toegegeven aan de druk van een kleine belangengroep (de jagers) en van een aantal boze burgemeesters die menen te moeten scoren door op uiterst emotionele, maar totaal irrelevante, manier te reageren op klachten van burgers over vossenschade. Ze heeft de jacht op de vos verruimd.
Het is duidelijk: als een vos in een kippenhok geraakt, kan de chaos groot zijn. Maar in plaats van kippenhokken zo te maken dat er geen vos in kan, wordt nu de vos geviseerd – alsof er daardoor geen schade meer zal zijn aan kippen als hun hok niet wordt afgeschermd. Hoewel dat ontkend wordt, is de vos de facto vogelvrij gemaakt, want hij mag nu het hele jaar door overdag bejaagd worden, weliswaar uitsluitend binnen een halve kilometer van plaatsen waar ‘schade verwacht kan worden’. Wat een zin: plaatsen waar schade verwacht kan worden!
Er zal op veel plaatsen schade verwacht worden. Wie gaat dat controleren, dat er effectief ergens een probleem zou kunnen zijn? De minister tracht zich handig weg te steken achter een advies van de Mina-raad (de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen). Maar die raad adviseerde om eerst en vooral schade goed te definiëren, en een eventuele afwijking van een jachtverbod te koppelen aan preventieve maatregelen om schade te vermijden. Dat is niet gebeurd. De vos wordt overgeleverd aan de willekeur van geweerdragers. Hoeveel plaatsen waar schade verwacht kan worden, zullen er niet toevallig in de buurt liggen van burchten met vossenjongen, die zullen creperen als een van hun ouders wordt afgeschoten?
De jagerslobby wrijft zich tevreden in de handen. Eindelijk heeft ze de middelen om de mensheid van die vreselijke schadepost te verlossen! Alsof schieten iets zal oplossen – dat verdomde idee-fixe van jagers toch, dat ze denken de natuur te moeten en te kunnen beheren. Ze schieten nu al elk jaar tot een derde van het Vlaamse vossenbestand af, en toch blijven er klachten over schade. (Zij trekken natuurlijk wel de officiële cijfers van het aantal vossen in Vlaanderen, maximaal tussen 30.000 en 40.000 dieren, in twijfel, en verdubbelen dat, zonder enige wetenschappelijk verantwoorde toelichting voor hun schatting te geven.)
Het meest bevreemdende in het vossenverhaal is dat de cijfers en de visies van gedegen wetenschappers onder tafel worden geveegd. Dat lijkt stilaan de regel te worden, want het is ook aan de orde in bijvoorbeeld de discussies over de strijd tegen de klimaatopwarming of tegen overbevissing. Wetenschappers wordt wel gevraagd een problematiek te onderzoeken, maar als puntje bij paaltje komt worden hun resultaten uitsluitend gebruikt als ze in de kraam van de beleidsvoerders passen. In het Vlaamse vossendebat mocht de enige échte vossenexpert uit onze wetenschappelijke instellingen een tijdlang zelfs het woord niet meer voeren, niet in de media en niet in de parlementaire instellingen die de vossenproblematiek onderzochten.
De groeiende frustratie van wetenschappers om het feit dat er zo weinig naar hen geluisterd wordt, sijpelde onlangs door in het wetenschappelijke topvakblad Nature. Een wetenschapper vroeg zich effectief af waarom er zo weinig naar wetenschappers wordt geluisterd. Zijn conclusie was duidelijk: voor beleidslui is de wetenschappelijke sector slechts een van de belangengroepen in het spel, en dan nog een vrij kwetsbare, want minder goed in het beïnvloeden van beslissers dan andere sectoren. Met andere woorden: er wordt niet méér naar wetenschappers geluisterd dan naar jagers of boze burgemeesters, integendeel.
Om die trend te counteren deed de commentaarschrijver onder meer de suggestie dat er meer wetenschappers in de toppolitiek zouden moeten gaan. Angela Merkel is een natuurkundige van opleiding, Elio di Rupo een scheikundige, maar veel lijkt dat voor de wetenschap vooralsnog niet op te leveren. Joke Schauvliege is duidelijk geen wetenschapster. Ze zal de geschiedenis ingaan als de vrouw die Vlaanderen een stap terug in de tijd deed zetten, een stap in de richting van een verhoogde strijd tegen die spectaculaire dieren waarvan een aantal mensen blijft vinden dat ze in hun weg lopen. Terwijl het enige wat in het vossenverhaal niet meer van deze tijd is, het feit is dat er gewapende mannen (en een paar gewapende vrouwen) in ons landschap rondlopen die geen militaire of politionele functie hebben, maar die een geweer dragen voor hun plezier.
Voor de vos zal Schauvlieges uitschuiver niet zo veel verschil maken: die zal gewoon wat meer jongen per nest produceren om eventuele extra verliezen goed te maken. Wat het plezier voor de jagers zal verhogen: nog meer beesten om af te knallen. Of er daardoor meer kippen gered zullen worden, is twijfelachtig. Het is ook twijfelachtig dat het effect van de nieuwe maatregel grondig wetenschappelijk zal worden onderzocht. Waardoor men later zal kunnen zeggen dat het een nuttige maatregel is geweest. Tot iemand met gezond verstand hem weer afschaft.
Dirk Draulans