Wie vorige week buiten is gekomen heeft het vast en zeker gevoeld: temperaturen ver onder 0 met een ijzige wind er bovenop! Als oplossing zetten wij ons aan een warm haardvuur maar hoe gaan de dieren hiermee om?
Trekvogels ontlopen de koude door naar het warmere zuiden te vliegen. Rond de herfstperiode vliegen sommige zelfs duizenden kilometers om te overwinteren tot zo ver als Zuid-Afrika (de boerenzwaluw bijvoorbeeld). Andere dieren verkiezen het om hier te blijven, leggen een goede voedselvoorraad aan tijdens de late zomer en houden een winterslaap of -rust (egels en rode eekhoorns bijvoorbeeld).
Maar de meeste dieren blijven wakker en proberen zich te behelpen, soms met alle gevolgen van dien. Bij zulke koude is het niet ongebruikelijk dat we dieren binnenkrijgen die onderkoeld en verzwakt zijn.
De laatste week hebben we 1 zwarte zwaan, 6 blauwe reigers (zie foto), 3 kievitten, 2 gewone dwergvleermuizen, 1 franjestaart, 1 houtsnip en 3 buizerds opgevangen die te lijden hadden onder de koude. Als ze te weinig voedsel vinden dan daalt hun energiepeil. Alle resterende warmte in het lichaam wordt uit hun poten en vleugels getrokken om hun vitale organen nog op gang te houden. Ze vliegen niet meer op en kunnen uiteindelijk sterven van uitputting.
Hier aangekomen zetten we de slachtoffers meteen onder een warmtelamp of in een van onze couveuses. Vaak is die eerste warmte al voldoende om de dieren zienderogen te doen opknappen!