Op deze Dag van de Arbeid kregen we in het Natuurhulpcentrum weer heel wat oproepen te verwerken.
Naast heel wat dieren die vandaag, op de Dag van de Arbeid, werden binnengebracht in het Natuurhulpcentrum, kregen we ook enkele grotere en kleinere oproepen te verwerken.
De dag begon met een ree dat zich had vastgelopen in een tuin in Herk-De-Stad, en er op eigen kracht niet meer uitraakte. Gestresseerd liep de reegeit heen en weer. We spanden een net dwars door de tuin, waar het ree zich in vastliep. Snel werd het dier in een donkere kist geplaatst, om nog meer stress te voorkomen. In een nabijgelegen natuurgebied kon het ree terug vrijgelaten worden.
Daarna moesten we naar Dessel. Een blauwe reiger liep in een tuin rond met een afhangende vleugel. Na de lange rit kon de vogel gevangen worden, maar spijtig genoeg was de zware breuk al geïnfecteerd, en moest het dier ge-euthanaseerd worden.
Iets meer geluk had een jonge bosuil uit Nieuwenhoven (Sint-Truiden). Dit dier was uit het nest gevallen, en werd gelukkig door een toevallige passant ontdekt. De vogel werd opgehaald en krijgt nu op geregelde tijdstippen stukjes verse muis van onze zorgouders.
We waren nog maar net terug van Sint-Truiden, of er kwam een oproep vanuit Dilsen. In het centrum, aan het gemeentehuis, liepen twee ontsnapte damherten rond. Damherten zijn sterke dieren, dus trokken we met vijf medewerkers naar daar. De politie had de herten met enkele dranghekken al kunnen isoleren, en ook dit keer konden we de dieren in onze lange netten strikken. De damherten werden direct terug naar de eigenaar gebracht.
Ondertussen kregen we in het Natuurhulpcentrum een telefoontje vanuit Beringen. Daar zat een "grote witte uil" op de grond. Kerkuilen zijn wit, maar niet groot, dus kon het eigenlijk alleen maar een sneeuwuil zijn. Bij aankomst bleek dit ook te kloppen. Het was een bij een valkenier ontsnapte sneeuwuil die helemaal verzwakt was geraakt. Het dier komt nu bij ons in het Natuurhulpcentrum op krachten tot de eigenaar van de vogel zich komt aanmelden.
Tenslotte kregen we nog een grote uil binnen. Een oehoe, de grootste uilensoort van bij ons, hing vast in de prikkeldraad, werd door de Nederlandse DIerenbescherming bevrijd en naar het Natuurhulpcentrum overgebracht. De oehoe bleek een zender te dragen. Dankzij deze zender kunnen biologen onderzoek doen naar het gedrag van oehoe's. De wetenschappers werden gecontacteerd, en zij konden ons vertellen dat deze oehoe een mannetje is, en "zijn" vrouwtje had momenteel een nest ergens in Nederland. Gelukkig bleken de verwondingen van de vogel heel goed mee te vallen, dus konden we de oehoe 's avonds nog vrijlaten aan het nest, wat een prachtige afsluiter was van deze drukke dag (zie hieronder het filmpje van de vrijlating).
In deze periode krijgen we dagelijks heel wat oproepen, en het spreekt voor zich dat we daarom niet élk dier zelf kunnen afhalen. We proberen mensen die een diertje gevonden hebben altijd aan te sporen om dit zelf naar het Natuurhulpcentrum over te brengen. Op die manier kunnen we onze auto's en medewerkers zoveel mogelijk vrijhouden om dringende interventies uit te voeren.