Elk voorjaar zit ons centrum overvol met jonge dieren. Een aantal van die dieren zitten terecht in ons centrum. Ze zijn bijvoorbeeld door de kat of hond gebeten, hebben een gebroken vleugel of poot, zijn helemaal nat geworden,...
Maar een groot deel jonge vogels en zoogdieren verblijft eigenlijk onterecht in ons centrum.
Veel jonge vogels worden te snel naar een opvangcentrum gebracht. Veel vogels verlaten het nest immers nog vóórdat ze goed kunnen vliegen. Ze fladderen dan rond op de grond en oefenen hun vliegkunsten. De oudervogels zijn echter in de buurt om hun jongen te beschermen.
Bij jonge zoogdieren ligt het iets anders. Jonge eekhoorns bijvoorbeeld worden vaak gevonden nadat een boom is afgezaagd. Het nest is dan vaak vernield en de jonge diertjes worden dan ook best binnengebracht in zo'n geval.
Bij jonge hazen ligt dat anders. Die worden niet in een hol geboren, maar in een kuiltje op de grond. De jonge haasjes vertrouwen op hun schutkleuren en blijven muisstil zitten, zelfs als er mensen of een hond in de buurt zijn. Wandelaars rapen zo'n haasje vaak te snel op. Eenmaal door mensen aangeraakt zal de moeder het jong verstoten...
Van jonge dieren blijf je dus best af!
Die boodschap verkondigden de jagers afgelopen week ook in de pers. Voor één keer zijn we het eens met hun standpunt.
Maar we willen toch een kleine nuance toevoegen:
Inderdaad: Jonge dieren, afblijven, maar ze dan later -als ze groot zijn- ook niet gaan afschieten natuurlijk!