De lente is in het Natuurhulpcentrum traditioneel de tijd van de jonge dieren. De couveuses zitten behoorlijk vol, net zoals de hele intensive-care. De laatste dagen hebben we ook verschillende meldingen over jonge reeën gekregen. Jonge reeën kunnen hun moeder niet altijd volgen. Ze blijven dan in het gras liggen, waar ze amper opvallen. Wandelaars die zo’n schijnbaar hulpeloos diertje toch vinden, nemen het soms mee en brengen het naar ons. Dit is weliswaar goed bedoeld, maar is meestal niet goed voor het dier. Moeder ree is immers bijna altijd in de buurt en hoe goed wij ook ons best doen, zo goed als de moeder kunnen wij nooit voor een jong ree zorgen. Als het jong niet te lang uit het bos weg is, kunnen we het soms nog terugzetten. Dit gaat niet zomaar, want er hangt dan mensengeur op het dier en als de moeder dat ruikt, verstoot ze het jong dat dan sterft van de honger. Door het jonge ree helemaal in te wrijven met kruiden die op de vindplaats groeien, kunnen we soms de mensengeur eraf krijgen. Dat is ons de afgelopen week twee keer gelukt. Een keer is het niet gelukt zodat we momenteel een jong ree moeten verzorgen. Daarom nogmaals: als u in het bos een jong ree vindt blijf er af! Alleen als het dier er echt duidelijk verzwakt of ziek is, bijvoorbeeld als het kletsnat is of verwondingen heeft, is het wellicht nodig dat het bij ons terecht komt. In dat geval belt u ons best even op, ons nummer is 089-85 49 06.