Gisteren moesten onze medewerkers in Nederland een verzwakte oehoe ophalen.
Het dier heeft Trichomonas, een ziekte die vooral bij duiven voorkomt. Aangezien oehoes vaak in steden gaan jagen op stadsduiven, kunnen ook zij besmet worden. De oehoe was al ernstig verzwakt, en ondertussen heeft het dier de eerste zorgen al gekregen. We hopen dat we dit imposante dier uiteindelijk terug kunnen vrijlaten!
Oehoes zijn de grootste uilen die in Europa voorkomen, en zijn aan een stevige opmars bezig.
Deze week nog hoorden we dat onderzoekers in Nederlands Limburg steengroeves, de favoriete broedplaatsen van oehoes, hebben afgezocht en uitkwamen op maar liefst 14 territoria, een record dat alle verwachtingen overtrof!
Ook bij ons komen steeds meer oehoes voor. In de Ardennen brengen al heel wat oehoekoppels elk jaar een nest groot. Vorig jaar ontdekte een rattenvanger een broedend koppel oehoes in de bossen van Opglabbeek, in vogelvlucht minder dan 2 kilometer van het Natuurhulpcentrum! Ook verleden jaar werden 2 jonge oehoes uit Nederlands Limburg binnengebracht. Deze werden door ons succesvol grootgebracht, gezenderd en vrijgelaten. Dankzij deze zenders weten we precies waar de dieren zich op elk moment bevinden.
Het oehoeverhaal is echt een succesverhaal. Nadat deze soort na de Tweede Wereldoorlog in West-Europa bijna volledig was uitgestorven door het verdwijnen van hun leefgebied en het gebruik van schadelijke insecticiden, werden er in de jaren 70, toen DDT verboden werd, werden op verschillende locaties, waaronder Duitsland, oehoes uitgezet. Dit had succes, want ondertussen zijn ze dus ook bij ons aan een opmars bezig. Het oehoeverhaal toont aan dat ondanks het feit dat heel wat diersoorten er slecht aan toe zijn, we met de nodige beschermingsmaatregelen zoals het beschermen van leefgebieden en het verbieden van schadelijke producten, er voor heel wat soorten toch nog hoop is. Helaas hebben niet alle soorten even veel geluk als oehoes, en komen deze beschermingsmiddelen voor vele soorten vaak te laat…