Sinds gisterenavond verblijven er twee jonge rode wouwen uit Nederland in ons opvangcentrum. Enkele fikse windstoten, meer was er niet nodig om het nest van deze zeldzame roofvogels uit de boom te blazen.

Het enige broedkoppel rode wouwen uit Nederlands Limburg maakte zijn nest dit jaar in een berkenboom. Misschien niet de beste keuze, zo bleek achteraf. Want het grote nest waaide eergisteren na enkele fikse windstoten uit de boom. De drie jongen waren gelukkig al niet meer zo klein, maar toch overleefde een van de roofvogelkuikens de eerste nacht op de grond helaas niet.

Het waren de eigenaars van het broedterrein die gisteren alarm sloegen en de roofvogelonderzoeker die het nest opvolgde, contacteerden. Omdat er al de hele dag geen oudervogels gezien waren bij de jongen en er slecht weer op komst was, werd besloten de wouwen naar het Natuurhulpcentrum te brengen.

Hier zullen ze verder worden grootgebracht en samen met enkele jonge buizerden leren vliegen in onze revalidatievliegkooi. Als afsluiting van hun verblijf, zullen ze ook leren jagen op levende prooien. Hoewel rode wouwen vooral aaseters zijn, is het toch belangrijk dat ze ook een zekere jachttechniek ontwikkelen.

Op die manier stomen we ze klaar voor een leven in de vrije natuur. Uiteraard hopen we deze prachtige en zeldzame vogels in de nazomer te kunnen vrijlaten. De grootste broedpopulatie rode wouwen van Europa bevindt zich in Duitsland. Ook in Nederland en Wallonië doet de soort het de laatste jaren beter. In Vlaanderen blijft de rode wouw echter een zeer zeldzame broedvogel.

Opmerking bij de foto's: rode wouwen vertonen een typisch apatisch gedrag wanneer ze worden vastgehouden of zich bedreigd voelen. De vogels laten hun kop hangen of blijven roerloos op de grond liggen...