Twee wasberen mochten vandaag verhuizen naar een Duitse dierentuin, maar tegelijkertijd moesten we twee kleine wasbeertjes gaan ophalen in het Antwerpse Duffel.
Wasberen zijn uitheemse dieren, die normaal gezien in België niet voorkomen. Toch moeten we ze geregeld opvangen in het Natuurhulpcentrum. Vroeger kwamen wasberen vooral via inbeslagnames binnen, maar sinds de Zoogdieren-Positieflijst is verschenen in 2001 en wasberen niet meer gehouden mogen worden, is het aantal als huisdier gehouden wasberen logischerwijs sterk gedaald.
Maar de laatste tijd merken we terug een stijging. Nu gaat het echter vaker om verwilderde wasberen. Wasberen leven al langer in grote aantallen in de Ardennen, nakomelingen van tijdens de Tweede Wereldoorlog ontsnapte dieren. Maar we hebben de indruk dat ze ook in Vlaanderen voet aan wal hebben gezet. Zo werd in maart een volwassen dier gevangen in een vangkooi in Hechtel-Eksel. Een vrouwtje werd dan weer in dezelfde maand gevangen in de buurt van Brasschaat. Iets vroeger, in februari, moesten we naar Bilzen waar een wasbeer vast zat in een kippenhok en in januari liep een wasbeer rond in een boerderij in Rapertingen.
Er komen er dus heel wat binnen, maar hoewel wasberen erg moeilijk te plaatsen zijn slagen we er in om toch een goede thuis te vinden. Vandaag reden we bijvoorbeeld naar het Duitse Aachen. Een dierentuin had plaats voor twee van onze dieren.
Maar ondertussen is er al opvolging voor de twee vertrokken dieren. Deze week kregen we een telefoontje uit het Antwerpse Duffel. In een tuin liepen plots twee jonge wasbeertjes van amper 600gr rond. De vinder kon de pups makkelijk vangen. Momenteel verblijven de dieren nog in onze quarantaine. Hier zullen ze minstens een maand verblijven. Omdat wasberen potentieel drager kunnen zijn van een gevaarlijke spoelworm, krijgen de dieren tijdens deze quarantaine-periode een stevige ontwormingskuur. Hun mest zal onderzocht worden, en als de dieren fit en gezond blijken, mogen ze verder opgroeien tot stevige wasberen in onze buitenkooien.